Lezingen van 21 april 2021

Woensdag na de derde zondag van Pasen

Vrije gedachtenis van de heilige Anselmus, bisschop en kerkleraar
Anselmus werd in 1033 geboren te Aosta in Piemonte (Noord-Italië). Hij trad in bij de Benedictijnen van de abdij van Le Bec in Normandië. Als monnik wijdde hij zich vol overgave aan gebed en arbeid. Hij legde zich verder toe op de wijsgerige en theologische vorming van zijn medebroeders. Na zijn overtocht naar Engeland werd hij tot aartsbisschop van Canterbury gekozen. Tot tweemaal toe werd hij door de wereldlijke heersers verbannen, omdat hij opkwam voor de rechten van de Kerk. Anselmus stierf op 21 april 1109 in Canterbury. In 1494 werd hij heilig verklaard. Vanwege zijn onvervangbare bijdrage aan de ontwikkeling van de katholieke theologie werd hij in 1720 tot kerkleraar verheven. In de geschiedenis van de filosofie is Anselmus vooral bekend geworden door zijn zogenoemde 'ontologisch godsbewijs': als God datgene is waarboven niets groters denkbaar is, dan moet Hij bestaan. Immers als Hij alleen als gedachte in het verstand zit, maar niet in de werkelijkheid bestaat, is alles wat wel bestaat groter dan het hoogst denkbare. En dat is een contradictie, aldus St. Anselmus.

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 8, 1-8.
Na de dood van Stefanus brak een hevige vervolging los tegen de Kerk van Jeruzalem. Allen verspreidden zich over het platteland van Judea en Samaria, uitgezonderd de apostelen. Vrome mannen begroeven Stefanus en hielden een grote rouwklacht over hem. Saulus echter woedde tegen de Kerk, waarbij hij het ene huis na het andere binnendrong, mannen en vrouwen wegsleepte en overleverde om gevangen gezet te worden. Zij nu, die zich verspreid hadden, trokken rond en verkondigden het woord van de Blijde Boodschap. Zo kwam Filippus in de stad van Samaria en predikte daar de Messias. Filippus' woorden oogstten algemene instemming toen de mensen hoorden wat hij zei en toen zij de tekenen zagen die hij verrichtte. Uit vele bezetenen gingen de onreine geesten onder luid geschreeuw weg en vele lammen en kreupelen werden genezen. Daarover ontstond grote vreugde in die stad.

Tussenzang: Ps. 66 (65), 1-3a. 4-5. 6-7a.

Antifoon: Jubelt voor God, alle landen der aarde,
bezingt de heerlijkheid van zijn Naam.

Jubelt voor God, alle landen der aarde,
bezingt de heerlijkheid van zijn Naam.
Brengt Hem uw hulde en zegt tot uw God:
verbijsterend zijn al uw daden.

Heel de aarde moet U aanbidden,
bezingen uw heilige Naam.
Komt en aanschouwt wat God heeft verricht,
ontstellende daden onder de mensen.

Hij maakte de zee tot een droge vallei,
zij gingen te voet door de bedding.
Laten wij juichen van vreugde om Hem
die eeuwig regeert door zijn macht.

Alleluia: Joh. 10, 14.
Alleluia. Ik ben de goede Herder, zegt de Heer. Ik ken de mijnen en de mijnen kennen Mij. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 6, 35-40.
In die tijd zie Jezus tot de menigte: Ik ben het brood des levens: wie tot Mij komt, zal geen honger meer hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst krijgen. Maar Ik zei u reeds, dat gij toch niet gelooft, hoewel gij Mij hebt gezien. Al wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen, en wie tot Mij komt, zal Ik niet buitenwerpen. Ik ben immers uit de hemel neergedaald, niet om mijn eigen wil te doen, maar de wil van Hem die Mij gezonden heeft; en dit is de wil van Hem die Mij gezonden heeft, dat Ik niets van wat Hij Mij gegeven heeft, verloren laat gaan, maar het doe opstaan op de laatste dag. Dit is de wil van mijn Vader, dat ieder die, wanneer hij de Zoon ziet en in Deze gelooft, eeuwig leven bezit; en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag.

Lezingen van 20 april 2021

Dinsdag na de derde zondag van Pasen

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 7, 51 – 8, 1a.
In die dagen sprak Stefanus tot het volk, tot de oudsten en de schriftgeleerden: Hardnekkigen en onbesnedenen van hart en oor, nog altijd weerstreeft gij de heilige Geest, juist zoals uw vaderen deden. Wie van de profeten zijn door uw vaderen niet vervolgd? Gedood hebben ze hen die de komst aankondigden van de Rechtvaardige, wiens verraders en moordenaars gij nu geworden zijt, gij nog wel die de Wet hebt ontvangen door bemiddeling van de engelen; maar ge hebt ze niet onderhouden. Toen ze dit hoorden, werden ze woedend en knarsetandden tegen hem. Maar Stefanus, vervuld van de heilige Geest, staarde naar de hemel en zag Gods heerlijkheid en Jezus, staande aan Gods rechterhand; en hij riep uit: Ik zie de hemel open en de Mensenzoon, staande aan Gods rechterhand. Maar zij begonnen luidkeels te schreeuwen, stopten hun oren toe en stormden als één man op hem af. Zij sleepten hem buiten de poort en stenigden hem. De getuigen legden hun mantels neer aan de voeten van een jongeman die Saulus heette. Terwijl zij Stefanus stenigden, bad hij: Heer Jezus, ontvang mijn geest. Toen viel hij op zijn knieën en riep met luide stem: Heer, reken hun deze zonde niet aan. Na deze woorden ontsliep hij. Saulus stemde in met de moord op deze man.

Tussenzang: Ps. 31 (30), 3cd-4. 6ab. 7b. 8a. 17. 21ab.

Antifoon: Vertrouwvol leg ik mijn geest in uw handen, Heer.

Wees mij een rots waar ik vluchten kan,
een sterke burcht waar ik veilig kan toeven.
Want altijd zijt Gij mijn rots en mijn vesting,
uw Naam is mijn leider en gids.

Vertrouwvol leg ik mijn geest in uw handen,
Gij zult mij beschermen, getrouwe God.
Ik stel op U mijn vertrouwen, Heer,
Ik mag mij verheugen in uw erbarmen.

Laat over uw dienaar uw Aanschijn stralen,
red mij door uw genade.
De glans van uw Aanschijn beschermt mij altijd
als mensen zich tegen mij keren.
Gij neemt mij op in uw tent,
beschut tegen kwade tongen.

Alleluia: Lc. 24, 46.
Alleluia. Christus moest lijden en sterven en opstaan uit de doden, en aldus binnengaan in zijn heerlijkheid. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 6, 30-35.
In die dagen zei de menigte tot Jezus: Wat voor teken doet Gij dan wel, waardoor wij kunnen zien dat wij in U moeten geloven? Wat doet Gij eigenlijk? Onze vaderen hebben het manna gegeten in de woestijn, zoals geschreven staat: Brood uit de hemel gaf hij hun te eten. Jezus hernam: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: wat Mozes u gaf was niet het brood uit de hemel; het echte brood uit de hemel wordt u door mijn Vader gegeven; want het brood van God daalt uit de hemel neer en geeft leven aan de wereld. Zij zeiden tot Hem: Heer, geef ons te allen tijde dat brood. Jezus sprak tot hen: Ik ben het brood des levens: wie tot Mij komt, zal geen honger meer hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst krijgen.

Lezingen van 19 april 2021

Maandag na de derde zondag van Pasen

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 6, 8-15.
In die dagen deed Stefanus, vol genade en kracht, grote wondertekenen onder het volk. Sommige leden echter van de zogenaamde synagoge der Vrijgelatenen, Cyreneeërs en Alexandrijnen en sommige mensen uit Cilicië en Asia begonnen met Stefanus te redetwisten, maar zij konden niet op tegen de wijsheid en tegen de geest waarmee hij sprak. Toen stookten zij heimelijk mannen op om te verklaren: Wij hebben hem lastertaal horen spreken tegen Mozes en tegen God. Tegelijkertijd ruiden zij zowel het volk als de oudsten en schriftgeleerden op. Onverhoeds maakten zij zich van hem meester en brachten hem voor het Sanhedrin, waar men valse getuigen liet optreden die beweerden Die man houdt niet op te spreken tegen de heilige plaats en tegen de Wet. Want wij hebben hem horen zeggen, dat die Nazoreeër, Jezus, deze plaats zal afbreken en de voorschriften zal veranderen, die Mozes ons heeft overgeleverd. Alle leden van het Sanhedrin vestigden hun blik op hem en zagen dat zijn gelaat leek op dat van een engel.

Tussenzang: Ps. 119 (118), 23-24. 26-27. 29-30.

Antifoon: Gelukkig degenen wier levensweg rein is.

Al spannen ook vorsten tegen mij samen,
uw dienaar geeft acht op wat Gij beschikt.
Ik neem uw verordeningen ter harte,
zij geven mij goede raad.

Mijn wegen kent Gij, Ge hoort mijn gebeden;
leer mij wat Gij hebt beschikt.
Leid mij op de weg van uw bevelen,
dan zal ik uw daden indachtig zijn.

Gedoog niet dat ik een dwaalweg insla,
maar geef mij uw wet als gids.
Ik heb de weg van de trouw gekozen,
ik houd mij aan wat Gij bepaalt.

Alleluia:
Alleluia. Wij weten dat Christus waarlijk is opgestaan uit de doden. Ontferm U over ons, Gij koning en overwinnaar. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 6, 22-29.
Het volk dat aan de ene kant van het meer was gebleven na de wonderbare broodvermenigvuldiging, had gezien dat daar maar één bootje gelegen had, dat Jezus niet met zijn leerlingen was scheep gegaan, maar dat zijn leerlingen alleen waren vertrokken. De volgende dag echter kwamen er bootjes uit Tiberias dicht bij de plaats waar men het brood had gegeten na het dankgebed van de Heer. Toen de mensen bemerkten dat noch Jezus noch zijn leerlingen daar waren, gingen zij in de boten en voeren in de richting van Kafarnaüm op zoek naar Jezus. Zij vonden Hem aan de overkant van het meer en zeiden: Rabbi, wanneer zijt Gij hier gekomen? Jezus nam het woord en zeide: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Niet omdat gij tekenen gezien hebt, zoekt ge Mij, maar omdat gij van de broden hebt gegeten tot uw honger was gestild. Werkt niet voor het voedsel dat vergaat, maar voor het voedsel dat blijft ten eeuwigen leven en dat de Mensenzoon u zal geven. Op Hem immers heeft de Vader, God zelf, zijn zegen gedrukt. Daarop zeiden zij tot Hem: Welke werken moeten wij voor God verrichten? Jezus gaf hun ten antwoord: Dit is het werk dat God van u vraagt: te geloven in Degene, die Hij gezonden heeft.

Lezingen van 18 april 2021

DERDE ZONDAG VAN PASEN (Jaar B)

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 3, 13-15. 17-19.
In die dagen zei Petrus tot het volk: De God van Abraham, Isaäk en Jakob, de God van onze vaderen heeft zijn dienaar Jezus verheerlijkt, die gij hebt overgeleverd en voor Pilatus verloochend ofschoon deze geoordeeld had Hem in vrijheid te moeten stellen. Maar gij hebt de Heilige en Gerechte verloochend en als gunst de vrijlating van een moordenaar gevraagd. De vorst des levens daarentegen hebt gij gedood. God heeft Hem evenwel uit de doden doen opstaan; daarvan zijn wij getuigen. Maar ik weet, broeders, dat gij in onwetendheid gehandeld hebt, evenals uw overheden. Maar wat God tevoren had aangekondigd bij monde van alle profeten, dat zijn Messias zou sterven, heeft Hij zo in vervulling doen gaan. Bekeert u dus en hebt berouw, opdat uw zonden worden uitgewist.

Tussenzang: Ps. 4, 2. 4. 7. 9.

Antifoon: Heer, laat uw licht over ons opgaan.

Als ik U roep geef mij antwoord,
God, die mij recht verschaft.
Gij, die mij redt uit verdrukking,
wees mij genadig, verhoor mijn gebed!

Ziet hoe de Heer zijn getrouwen begunstigt:
altijd verhoort Hij mij als ik Hem roep.

Zegt men: wie brengt ons geluk?
Heer, laat uw licht over ons opgaan.
Als ik mij neerleg slaap ik gerust,
Gij maakt mij vrij van zorgen.

Tweede lezing: Uit de eerste brief van de heilige apostel Johannes, 2, 1-5a.
Dierbaren,
Ik schrijf u met de bedoeling dat gij niet zoudt zondigen. Maar ook al zou iemand zonde bedrijven: we hebben een voorspreker bij de Vader, Jezus Christus, die geheel zondeloos is, die al onze zonden goedmaakt en niet alleen die van ons maar die van de hele wereld. Hoe weten wij dat wij God kennen? Er is maar één bewijs: dat we ons houden aan zijn geboden. Wie zegt dat hij Hem kent maar zich niet stoort aan zijn geboden is een leugenaar; in zo iemand woont de waarheid niet. Maar in een mens die gehoorzaam is aan Gods woord, in hem is waarlijk Gods liefde volkomen en hieraan weten wij dat wij in Hem zijn.

Alleluia: Lc. 24, 32.
Alleluia. Heer Jezus, ontsluit ons de Schriften; doe ons hart branden terwijl Gij tot ons spreekt. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas, 24, 35-48.
In die tijd vertelden de twee leerlingen wat er onderweg gebeurd was en hoe Jezus door hen herkend werd aan het breken van het brood. Terwijl ze daarover spraken stond Hijzelf plotseling in hun midden en zei: Vrede zij u. In hun verbijstering en schrik meenden ze een geest te zien. Maar Hij sprak tot hen: Waarom zijt ge ontsteld en waarom komt er twijfel op in uw hart? Kijkt naar mijn handen en voeten: Ik ben het zelf. Betast Mij en kijkt: een geest heeft geen vlees en beenderen zoals ge ziet dat Ik heb. En na zo gesproken te hebben toonde Hij hun zijn handen en voeten. Toen ze het van vreugde en verbazing niet konden geloven zei Hij tot hen: Hebt ge hier iets te eten? Zij reikten Hem een stuk geroosterde vis aan; Hij nam het en at het voor hun ogen op. Hij sprak tot hen: Dit zijn mijn woorden, die Ik sprak toen Ik nog bij u was: Alles moet vervuld worden wat over Mij staat in de Wet van Mozes, in de profeten en in de psalmen. Toen maakte Hij hun geest toegankelijk voor het begrijpen van de Schriften. Hij zei hun: Zo spreken de Schriften over het lijden en sterven van de Messias en over zijn verrijzenis uit de doden op de derde dag, over de verkondiging onder alle volkeren, van de bekering en de vergiffenis der zonden in zijn Naam. Te beginnen met Jeruzalem moet gij van dit alles getuigen.

Lezingen van 17 april 2021

Zaterdag na de tweede zondag van Pasen

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 6, 1-7.
In die dagen, toen het aantal leerlingen steeds toenam, begonnen de Hellenisten tegen de Hebreeën te morren, omdat bij de dagelijkse ondersteuning hun weduwen achtergesteld werden. De twaalf riepen nu de leerlingen in vergadering bijeen en zeiden: Het past niet dat wij het woord Gods verwaarlozen door de zorg voor de ondersteuning. Ziet dus uit, broeders, naar zeven mannen uit uw midden, van goede faam, vol van geest en wijsheid. Hen zullen wij dan met dit ambt bekleden, terwijl wij onszelf zullen blijven wijden aan het gebed en aan de bediening van het woord. Dit voorstel vond instemming bij de gehele vergadering en zij kozen Stefanus, een man vol geloof en heilige geest, Filippus, Prochorus, Nikanor, Timon, Parmenas en Nikolaüs, een proseliet uit Antiochië. Dezen werden aan de apostelen voorgedragen, die na gebed hun de handen oplegden. Het woord Gods breidde zich uit en het aantal leerlingen in Jeruzalem vermeerderde sterk; ook een groot aantal priesters gaf zich gewonnen aan het geloof.

Tussenzang: Ps. 33 (32), 1-2. 4-5. 18-19.

Antifoon: Geef ons, Heer, uw barmhartigheid,
zoals wij op U vertrouwen.

Jubelt, gerechtigen, voor de Heer,
wie vroom is dient Hem te loven.
Eert dan de Heer met citerspel,
en speelt voor Hem op de harp.

Oprecht is immers het woord van de Heer
en al wat Hij doet is betrouwbaar.
Recht en gerechtigheid heeft Hij lief,
de aarde is vol van zijn mildheid.

God is het die zijn dienaars bewaakt,
hen die op zijn gunst vertrouwen.
Dat Hij hen redden zal van de dood,
bij hongersnood hen zal voeden.

Alleluia:
Alleluia. Christus stond op uit het graf, Hij die voor ons stierf op een kruis. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 6, 16-21.
Toen het avond werd, daalden de leerlingen van Jezus naar het meer af. Zij gingen scheep en zetten koers naar de overkant van het meer, in de richting van Kafarnaüm. Toen de duisternis reeds was ingevallen, was Jezus nog niet bij hen gekomen. Het meer werd woelig, want er stond veel wind. Na ongeveer vijfentwintig of dertig stadiën geroeid te hebben, zagen zij Jezus te voet over het meer tot vlak bij de boot komen en zij werden bevreesd. Maar Jezus sprak tot hen: Ik ben het, weest niet bang. Zij wilden Hem aan boord nemen, maar vlak daarop bereikte de boot de kust, waarheen zij op weg waren.

Lezingen van 16 april 2021

Vrijdag na de tweede zondag van Pasen

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 5, 34-42.
In die dagen was er in het Sanhedrin een Farizeeër, Gamaliël, een wetgeleerde, die bij het gehele volk in aanzien stond. Hij liet de apostelen een ogenblik naar buiten brengen. Daarop zei hij: Mannen van Israël, bedenkt wel wat gij met deze mannen gaat doen. Vóór onze tijd immers trad Teudas op, die beweerde dat hij iemand van betekenis was en bij wie zich een groep van ongeveer vierhonderd man aansloot. Hij werd gedood en allen die op hem vertrouwden, werden uiteengejaagd. Na hem, in de dagen van de volkstelling, trad Judas de Galileeër op en sleepte veel volk mee. Ook hij ging te gronde en allen die op hem vertrouwden, werden verstrooid. Wat ons geval betreft, zeg ik u: bemoeit u niet met deze mensen, maar laat ze hun gang gaan. Gaat deze opzet of dit werk van mensen uit, dan zal het op niets uitlopen. Gaat het echter van God uit, dan zult gij hen niet uiteen kunnen slaan; anders zou misschien blijken dat gij tegen God in verzet zijt. Zij lieten zich door hem overreden. Zij riepen de apostelen, lieten hen geselen, verboden hun te spreken in de Naam van Jezus en stelden hen in vrijheid. De apostelen verlieten het Sanhedrin, verheugd dat ze waardig bevonden waren smaad te lijden omwille van de Naam van Jezus. Zij gingen door met dagelijks in de tempel en in de huizen onderricht te geven en de Blijde Boodschap te verkondigen, dat Jezus de Messias is.

Tussenzang: Ps. 27 (26), 1. 4. 13-14.

Antifoon: Eén ding slechts vraag ik de Heer, meer zal ik niet wensen:
dat ik in Gods huis mag wonen zolang als ik leef.

De Heer is mijn licht en mijn leidsman,
wie zou ik vrezen;
de Heer is de schuts van mijn leven,
voor wie zou ik bang zijn?

Eén ding slechts vraag ik de Heer,
meer zal ik niet wensen:
dat ik in Gods huis mag wonen zolang als ik leef.
Dat ik de beminnelijkheid van de Heer mag ervaren,
zijn tempel weer met eigen ogen mag zien.

Ik reken er op nog tijdens mijn leven
de weldaden van de Heer te ervaren.
Zie uit naar de Heer en houd dapper stand,
wees moedig van hart en vertrouw op de Heer.

Alleluia:
Alleluia. Christus stond op uit het graf en werd een Licht voor allen die Hij vrijkocht in zijn bloed. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 6, 1-15.
In die dagen begaf Jezus zich naar de overkant van het meer van Galilea, bij Tiberias. Een grote menigte volgde Hem, omdat zij de tekenen zagen die Hij aan de zieken deed. Jezus ging de berg op en zette zich daar met zijn leerlingen neer. Het was kort voor Pasen, het feest van de Joden. Toen Jezus zijn ogen opsloeg en zag dat er een grote menigte naar Hem toekwam, vroeg Hij aan Filippus: Hoe moeten wij brood kopen om deze mensen te laten eten? - Dit zeide Hij om hem op de proef te stellen, want zelf wist Hij wel wat Hij ging doen. - Filippus antwoordde Hem: Wil ieder ook maar een klein stukje krijgen, dan is voor tweehonderd denariën brood nog te weinig. Een van zijn leerlingen, Andreas, de broer van Simon Petrus, merkte op: Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen, maar wat betekent dat voor zo'n aantal? Jezus echter zei: Laat de mensen gaan zitten. Er was daar namelijk veel gras. Zij gingen dan zitten; het aantal mannen bedroeg ongeveer vijfduizend. Toen nam Jezus de broden en na het dankgebed gesproken te hebben, liet Hij ze uitdelen onder de mensen die daar zaten, alsmede de vissen, zoveel men maar wilde. Toen ze verzadigd waren, zei Hij tot zijn leerlingen: Haalt nu de overgebleven brokken op om niets verloren te laten gaan. Zij haalden ze op en vulden van de vijf gerstebroden twaalf manden met brokken, welke door de mensen na het eten overgelaten waren. Toen de mensen het teken zagen dat Hij had gedaan, zeiden ze: Dit is stellig de profeet die in de wereld moet komen. Daar Jezus begreep, dat zij zich van Hem meester wilden maken om Hem mee te voeren en tot koning uit te roepen, trok Hij zich weer in het gebergte terug, geheel alleen.

Lezingen van 15 april 2021

Donderdag na de tweede zondag van Pasen

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 5, 27-33.
In die dagen namen de dienaren van de bevelhebber de apostelen mee en brachten hen voor het Sanhedrin. De hogepriester begon hen te ondervragen: Hebben wij u niet uitdrukkelijk verboden in de Naam van Jezus onderricht te geven? Door uw toedoen is heel Jeruzalem vol van uw leer. Bovendien wilt gij ons het bloed van die man aanrekenen. Maar Petrus en de andere apostelen gaven ten antwoord: Men moet God meer gehoorzamen dan de mensen. De God van onze vaderen heeft Jezus ten leven gewekt, aan wie gij u vergrepen hebt door Hem aan het kruis te slaan. Hem heeft God als Leidsman en Verlosser verheven aan zijn rechterhand om aan Israël bekering en kwijtschelding van zonden te schenken. Van dit alles zijn wij getuigen, maar ook de heilige Geest die God geschonken heeft aan wie Hem gehoorzamen. Toen zij dit hoorden, ontstaken zij in woede en besloten hen te doden.

Tussenzang: Ps. 34 (33), 2. 9. 17-18. 19-20.

Antifoon: Die roepen in nood, naar hen luistert de Heer.

De Heer zal ik prijzen iedere dag,
zijn lof ligt mij steeds op de lippen.
Let op en bemerkt hoe genadig de Heer is,
gelukkig is hij die zijn heil zoekt bij Hem.

Van boosdoeners keert Hij zijn aangezicht af,
zij worden op aarde vergeten.
Naar vromen die roepen luistert de Heer
en redt hen uit iedere nood.

De Heer is nabij voor rouwmoedige harten,
Hij helpt wie zijn schuld erkent.
Veel rampen zullen de vrome bedreigen,
uit elk daarvan redt hem de Heer.

Alleluia:
Alleluia. Hij die alles riep in het bestaan en zich ontfermde over ons, zijn mensen, Hij is verrezen, Christus de Heer. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 3, 31-36.
Wie van boven komt, staat boven allen. Wie van de aarde is, behoort tot de aarde en spreekt de taal van de aarde. Wie uit de hemel komt, staat boven allen. Hij legt getuigenis af van wat Hij zag en hoorde, maar toch aanvaardt niemand zijn getuigenis. Wie zijn getuigenis wel aanvaardt, bezegelt daarmee dat God waarachtig is. Want Hij, die door God gezonden is, spreekt Gods eigen woorden: zo mateloos schenkt God zijn Geest. De Vader heeft de Zoon lief en heeft Hem alles in handen gegeven. Wie in de Zoon gelooft, heeft het eeuwig leven. Wie weigert in de Zoon te geloven, zal het leven niet zien, integendeel, de toorn Gods blijft op hem.

Lezingen van 13 april 2021

Dinsdag na de tweede zondag van Pasen

Vrije gedachtenis van de heilige Martinus, paus en martelaar
Martinus werd geboren te Tudertum, het huidige Todi in Umbrië. Als diaken van de kerk van Rome werd hij in 649 tot paus gekozen. In datzelfde jaar riep hij een synode bijeen in de basiliek van Lateranen. Daar veroordeelden honderdenvijf bisschoppen het monotheletisme. Deze dwaalleer stelt dat Christus weliswaar twee naturen had, maar slechts één wil. Dit in tegenstelling tot de orthodoxe doctrine die leert dat Christus zowel over de goddelijke als de menselijke vrije wil beschikte. Keizer Constans II Pogonatus, openlijk aanhanger van deze leer, nam aanstoot aan de veroordeling en ontvoerde paus Martinus uit Rome en verbande hem naar de Krim. Daar stierf de 73ste opvolger van St. Petrus na veel ontberingen te hebben geleden op 16 september 655. St. Martinus wordt vooral in de oosterse kerken vereerd.

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 4, 32-37.
De menigte die het geloof had aangenomen, was één van hart en één van ziel en er was niemand die iets van zijn bezittingen zijn eigendom noemde; integendeel zij bezaten alles gemeenschappelijk. Met kracht en klem legden de apostelen getuigenis af van de verrijzenis van de Heer Jezus en rijke genade rustte op hen allen. Er was geen enkele noodlijdende onder hen, omdat allen die landerijen of huizen bezaten deze verkochten en de opbrengst ervan meebrachten om aan de voeten van de apostelen neer te leggen. Aan ieder werd daarvan uitgedeeld naar zijn behoefte. Zo bezat Jozef, een leviet uit Cyprus, die van de apostelen de bijnaam Barnabas had gekregen, - dit betekent: zoon van vertroosting - een akker die hij verkocht en waarvan hij het geld meebracht om het aan de voeten van de apostelen neer te leggen.

Tussenzang: Ps. 93 (92), 1ab. 1c-2. 5.

Antifoon: De Heer is Koning, met luister omkleed.

De Heer is Koning, met luister omkleed,
met macht heeft de Heer zich omgord.

Zo vast als de aarde, onwankelbaar,
zo vast staat uw troon door de eeuwen,
van eeuwigheid, God, zijt Gij.

Betrouwbaar is alles wat Gij betuigt,
uw huis zij heilig in lengte van dagen.

Alleluia: Rom. 6, 9.
Alleluia. Christus, eenmaal van de doden verrezen sterft niet meer; de dood heeft geen macht meer over Hem. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 3, 7-15.
In die tijd zei Jezus tot Nicodémus: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: gij moet opnieuw geboren worden. De wind blaast waarheen hij wil; gij hoort wel zijn gesuis, maar weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat; zo is het met ieder die geboren is uit de Geest. Nikodémus gaf Hem ten antwoord: Hoe kan dat geschieden? Daarop zei Jezus weer: Gij zijt een leraar van Israël en weet dat niet eens? Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wij spreken over wat Wij weten en Wij getuigen van wat Wij gezien hebben, maar onze getuigenis aanvaardt gij niet. Wanneer ge zelfs niet gelooft als Ik u spreek over dingen die op aarde reeds bekend zijn, hoe zult gij dan geloven als Ik spreek over dingen die nog in de hemel verborgen zijn? Nooit is er iemand naar de hemel opgeklommen, tenzij Hij die uit de hemel is neergedaald, de Mensenzoon. En deze Mensenzoon moet omhoog worden geheven zoals Mozes eens de slang omhoog hief in de woestijn, opdat eenieder die gelooft in Hem eeuwig leven zal hebben.

Lezingen van 12 april 2021

Maandag na de tweede zondag van Pasen

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 4, 23-31.
In die dagen gingen Petrus en Johannes na hun vrijlating naar hun eigen mensen en brachten verslag uit over alles wat de hogepriesters en oudsten tot hen gezegd hadden. Toen zij dit hoorden, verhieven zij eensgezind hun stem tot God en baden: Heer, Gij zijt het die hemel en aarde, de zee en alles wat daarin is, gemaakt hebt, die door de heilige Geest bij monde van David, uw dienaar, gezegd hebt: Waarom tieren de volken en zinnen de naties op ijdele plannen? De koningen der aarde stellen zich op en de vorsten spannen samen tegen de Heer en tegen zijn Gezalfde. Inderdaad, ze hebben in deze stad samengespannen tegen uw heilige dienaar Jezus die Gij gezalfd hebt: zowel Herodes als Pontius Pilatus, tezamen met de heidenen en de stammen van Israël, om alles te doen wat uw hand en raadsbesluit tevoren bepaald had dat geschieden moest. Maar nu, Heer, schenk aandacht aan hun bedreigingen en geef uw dienaren dat zij in alle vrijmoedigheid uw woord mogen verkondigen, en laat door het uitstrekken van uw hand genezingen en wondertekenen geschieden door de naam van uw heilige dienaar Jezus. Na hun gebed beefde de plaats waar ze bijeen waren. Allen werden vervuld van de heilige Geest en verkondigden vrijmoedig het woord Gods.

Tussenzang: Ps. 2, 1-3. 4-6. 7-9.

Antifoon: Gelukkig degenen die de Heer vereren.

Waarom zijn de volken rumoerig,
beramen de naties verzet?
De heersers der aarde komen in opstand,
de machthebbers vinden elkaar
tegen de Heer en zijn Gezalfde.
Laat ons hun boeien verbreken,
hun ketenen werpen wij af.

Die woont in de hemel, Hij lacht,
de Heer drijft de spot met hen.
Dan vaart Hij uit in zijn gramschap
en slaat hen met schrik voor zijn toorn:
Ik zelf heb mijn koning aangesteld
op Sion, mijn heilige berg.

Dit is het besluit van de Heer:
Hij sprak tot mij; gij zijt mijn zoon,
Ik heb u heden verwekt.
Vraag Mij, Ik geef u de volken als erfdeel,
schenk u de aarde als eigendom.
Breek hun verzet met ijzeren scepter,
sla hen in stukken als potten van klei.

Alleluia: Lc. 24, 46.
Alleluia. Christus moest lijden en sterven en opstaan uit de doden, en aldus binnengaan in zijn heerlijkheid. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 3, 1-8.
Er was onder de Farizeeën iemand die Nikodémus heette. Hij behoorde tot de voornaamsten van de Joden. Eens kwam deze in de nacht bij Jezus en zei: Rabbi, wij weten dat Gij van Godswege als leraar gekomen zijt, want niemand kan die tekenen doen die Gij verricht als God niet met hem is. Jezus gaf hem ten antwoord: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als iemand niet wedergeboren wordt, kan hij het Rijk Gods niet zien. Nikodémus zei tot Hem: Hoe kan een mens geboren worden als hij al oud is? Kan hij soms in de schoot van zijn moeder terugkeren en opnieuw geboren worden? Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als iemand niet geboren wordt uit water en geest, kan hij het Rijk Gods niet binnengaan. Wat geboren is uit het vlees is vlees, en wat geboren is uit de Geest is geest. Verwonder u niet dat Ik u zei: gij moet opnieuw geboren worden. De wind blaast waarheen hij wil; gij hoort wel zijn gesuis, maar weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat; zo is het met ieder die geboren is uit de Geest.

Lezingen van 11 april 2021

TWEEDE ZONDAG VAN PASEN (Jaar B)

Beloken Pasen

Zondag van de Goddelijke Barmhartigheid

Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 4, 32-35.
De menigte die het geloof had aangenomen was één van hart en één van ziel en er was niemand die iets van zijn bezittingen zijn eigendom noemde, integendeel, zij bezaten alles gemeenschappelijk. Met kracht en klem legden de apostelen getuigenis af van de verrijzenis van de Heer Jezus en rijke genade rustte op hen allen. Er was geen enkele noodlijdende onder hen, omdat allen die landerijen of huizen bezaten deze verkochten en de opbrengst ervan meebrachten om aan de voeten van de apostelen neer te leggen. Aan ieder werd daarvan uitgedeeld naar zijn behoefte.

Tussenzang: Ps. 118 (117), 2-4. 16ac-18. 22-24.

Antifoon: Brengt dank aan de Heer, want hij is genadig,
eindeloos is zijn erbarmen!

Stammen van Israël, dankt de Heer,
eindeloos is zijn erbarmen!
Herhaalt het, dienaren van de Heer:

De Heer greep in met krachtige hand,
de hand van de Heer was machtig.
Geslagen, getuchtigd heeft mij de Heer,
maar niet ten dode gedoemd.

De steen die de bouwers hebben versmaad,
die is tot hoeksteen geworden.
Dit is de dag, die de Heer heeft gemaakt,
wij zullen hem vieren in blijdschap.

Tweede lezing: Uit de eerste brief van de heilige apostel Johannes, 5, 1-6.
Dierbaren,
Iedereen die gelooft dat Jezus de verlosser is, is een kind van God. Welnu, wie de vader liefheeft, bemint ook het kind. Willen wij God liefhebben en zijn geboden onderhouden dan moeten wij ook Gods kinderen liefhebben. Dat is onze maatstaf. God beminnen wil zeggen zijn geboden onderhouden en zijn geboden zijn niet moeilijk te onderhouden, want ieder die uit God geboren is, overwint de wereld. En het wapen waarmee wij de wereld overwinnen, is geen ander dan ons geloof. Niemand kan de wereld overwinnen dan hij die gelooft dat Jezus de Zoon van God is. Hij is het die gekomen is met water en bloed, Jezus Christus, niet met het water alleen, maar met het water en met het bloed. En de Geest is het die getuigt, dat Christus de waarheid is.

Alleluia: Joh. 20, 29
Alleluia. Omdat gij gezien hebt, Tomas, gelooft gij, zegt de Heer; Zalig die geloven en niet gezien hebben. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 20, 19-31.
In de avond van die eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats der leerlingen gesloten waren uit vrees voor de Joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: Vrede zij u. Na dit gezegd te hebben toonde Hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals zei Jezus tot hen: Vrede zij u. Zoals de Vader Mij gezonden heeft zo zend Ik u. Na deze woorden blies Hij over hen en zei: Ontvangt de heilige Geest. Wier zonden gij vergeeft hun zijn ze vergeven, en wier zonden gij niet vergeeft hun zijn ze niet vergeven. Tomas, een van de twaalf, ook Didymus genaamd, was echter niet bij hen toen Jezus kwam. De andere leerlingen vertelden hem: Wij hebben de Heer gezien. Maar hij antwoordde: Als ik niet in zijn handen het teken van de nagelen zie, en mijn vinger in de plaats van de nagelen kan steken, en mijn hand in zijn zijde leggen, zal ik het niet geloven. Acht dagen later waren zijn leerlingen weer in het huis bijeen, en nu was Tomas er bij. Hoewel de deuren gesloten waren kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: Vrede zij u. Vervolgens zei Hij tot Tomas: Kom hier met uw vinger en bezie mijn handen. Steek uw hand uit en leg die in mijn zijde en wees niet langer ongelovig maar gelovig. Toen riep Tomas uit: Mijn Heer en mijn God! Toen zei Jezus tot hem: Omdat ge Mij gezien hebt gelooft ge? Zalig die niet gezien en toch geloofd hebben. In het bijzijn van zijn leerlingen heeft Jezus nog vele andere tekenen gedaan welke niet in dit boek zijn opgetekend, maar deze hier zijn opgetekend opdat gij moogt geloven dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat gij door te geloven leven moogt in zijn Naam.

Vieringen door de week

H. Nicolaas Baarn 

Lauden: iedere werkdag 8.15 - 8.30 uur

Eucharistie: dinsdag 19.00 - 19.45 uur

woensdag/donderdag: 8.45 - 9.30 uur

vrijdag: 19.00 - 20.00 uur

HH. Michael en Laurens de Bilt

Dinsdag 10:00 uur, Gebedsviering

H. Nicolaas Eemnes

Donderdag 10.00 uur, afwisselend Eucharistie en Gebedsviering

Petrus en Pauluskerk Soest

Woensdag 9.00 uur, Gebedsviering

Vrijdag 9.00 uur, afwisselend Eucharistie en Gebedsviering

Contact

Parochiesecretariaat HH. Martha en Maria:
Steenhoffstraat 41
3764 BJ Soest
KvK nr 74836048
Bereikbaar op maandag en woensdag tot en met vrijdag van 9.00 tot 12.00 uur.
E-mailadres: info@marthamaria.nl
Telefoonnummer: 035-6011320

U kunt ook het contactformulier gebruiken.